Wine + Dinner = Winner

Categorie: Bakken (Pagina 1 van 3)

Mediterrane muffins

Mediterrane muffins, of miniquiches: een heerlijk hartig hapje, perfect for lunch of brunch…
Nodig voor 10 stuks:

  • 10 plakjes hartige taartdeeg
  • 4 eieren
  • 100 melk
  • 50 g geraspte kaas
  • 50 g parmezaanse kaas
  • 1 halve courgette
  • 1 rode paprika
  • 1 of 2 tomaten (ik gebruikte 3 kleine groene)
  • 1 eetlepel Italiaanse kruidenmix
  • peper en zout
  • olijfolie

Bereiding: Verwarm de oven voor op 180 °C. Vet de muffinvormen in met olie of bakspray. Laat de velletjes deeg ontdooien. Snijd de groenten in heel kleine stukjes en bak ze in ca. 7 min. gaar, laat ze dan even afkoelen. Drapeer de velletjes deeg in de muffinvormen en maak van het overstekende deel een opstaand randje. Klop de eieren los met de melk,  voeg de Italiaanse kruidenmix en peper en zout toe. Roer de groenten door het eimengsel en vul de muffinvormen. Bestrooi met de kaas en bak tot goudbruin in ca. 25-30 min.

Spinazietaart

Je hebt nog wat restjes over van o.a. een gezellige pizza-avond… wat maken we daar van: een lekkere hartige taart.

Verwarm de oven voor op 200 °C. Roerbak de spinazie met een gesnipperde rode ui, en laat hem goed uitlekken (in een vergiet aandrukken met een grote pollepel).  Bekleed de bakvorm met bakpapier, of gebruik bakspray. Bekleed de bakvorm met bladerdeeg van de rol. Strooi wat paneermeel op de boden (dat voorkomt een natte bodem). Verdeel de spinazie over de bodem, en brokkel stukjes geitenkaas en wat in stukjes gesneden gedroogde tomaatjes hierover.
Klop twee eieren los met ca. 50 ml koffiemelk, flink geraspte kaas, peper en zout, en wat Italiaanse kruiden. Verdeel dit over de taart en bak af in ca. 30 min.

Smakelijk eten!

Pruimentartelet

Eigenlijk te simpel om hier te vermelden, maar vanwege de toepassing van de eerder hier beschreven Geweckte pruimen, én het feit dat het onvermoed lekker was, toch maar gedaan:

Kant-en-klaar tartelettes, heerlijk krokante gesuikerde schelpen. Instant room, even het poeder opkloppen met water, gebruik de hoogste stand van de mixer, en voilà – lekkere gele room. Vul hier de bakjes mee en leg hier een aantal  goed uitgelekte halve pruimen op.

Lekker bij een kopje koffie!

Pastel de Nata & Meringues


Vandaag voor de 2de keer Pastel de Nata genaakt. Omdat ik maar 6 van die speciale vormpjes heb, en het recept voor 12 is, heb ik eens geëxperimenteerd met 2 verschillende bakwijzen: de eerste 6 stuks in de oven op 275°C met 4D-hetelucht-functie, de tweede reeks met boven- en onderwarmte (op dezelfde temperatuur). Frappant om te zien dat de bakwijze toch wel veel invloed heeft: met hetelucht-functie waren ze al met 13 min. klaar, prima gegaard en mooi gekleurd, én ze kwamen een stuk makkelijker uit de vorm. Met boven/onderwarmte duurde het 5 min. langer, en de zijrandjes plakten aardig, lastig heel uit de vorm te krijgen. Voortaan dus met hetelucht-functie! Kijk hier voor het volledige recept.

Als ‘bijprodukt’ voor de 1ste maal meringues gemaakt – voor de pastel de nata heb je alleen eidooiers nodig, dus van het overgebleven eiwit meringues gemaakt volgens recept van Rutger Bakt. Ik heb alleen 4 uur bij 70°C gedroogd/gebakken i.p.v. 2 uur bij 100°C – dan blijven de meringues mooi spierwit. Heerlijk!

Zonnige tomatentaart

Het regent dat het giet buiten – tijd om een beetje zon in huis te halen met deze heerlijke mediterrane tomatentaart voor de lunch. Simpel en snel gemaakt, maar wel lekker!

Verwarm de oven alvast voor op 200°C. Leg een groot vel quiche- en taartdeeg (270 g) in een taartvorm. Ik leg op de bodem eerst een stuk bakpapier, ingeklemd tussen rand en bodem, zodat de taartbodem makkelijk loskomt. Smeer de bladerdeegbodem in met een dun laagje Dijonmosterd. Bedek de bodem met een dikke laag geraspte kaas, ca. 200 g, ik gebruikte een mengsel van Cheddar en Goudse jong belegen. Beleg met plakken tomaat (ca. 1 cm dik) en/of halve trostomaatjes, al naar gelang wat je op voorraad hebt. Bestrooi met provencaalse kruiden en wat peper en zout. Besprenkel met wat olijf olie en bak de taart in ca. 30-35 min gaar.
Smakelijke zonnige lunch!

Brood

Het was weer lang geleden dat ik een brood gebakken had – en plotseling had ik er zin in. Deze keer een combinatie van verschillende soorten meel, aangevuld met wat pitten en zaden.
Ingrediënten:
250 g tarwebloem type 65*, 250 g speltmeel (watermolen Roex in Gulpen), 10 g zout, eetlepel suiker, 20 g brood verbeteraar (Molen de Hoop), 15 g olie, 7 g instant- gist, 320 g water, een handje gehakselde zonnebloempitten, een eetlepel lijnzaad.
Werkwijze:
Los de suiker op in lauw-warm water en roer de instant-gist er doorheen en zet even apart. Meng de rest van de ingrediënten – behalve de olie – in een mengkom. Ik gebruik een KitchenAid keukenmachine met kneedhaak op de laagste stand. Voeg het water/gist mengsel toe en laat de kneedmachine zijn werk doen. Voeg de olie toe nadat alle droge ingrediënten bevochtigd zijn er een deeg ontstaat (eerder toevoegen verhinderd het goed bevochtigen van het meel). Kneed ca. 15 min. Leg de deegbal in een met olie bestreken kom, leg er een vochtige doek over en zet 45 min weg om te rijzen. Ik gebruik hiervoor de warmhoudstand van mijn oven, op 30°C. Bol nu het deeg op en leg het op een stuk bakpapier in de pan. De pan gaat voor de 2de rijs weer in de oven (30°C). Na een halfuur zet ik de temperatuur op 225°C. Na 40 min gaat het deksel er af en verlaag ik de temperatuur naar 210°C. Op deze stand dan nog zo’n 20 min afbakken voor een mooie korst. Ik controleer dan even met elektronische thermometer de kerntemperatuur: zo tussen 95-100°C: prima! Na afloop het brood laten afkoelen op een rooster.

* type 65: een aanduiding (classificatie) voor zeer sterk gebuild tarwemeel mét zemelen. ‘Builen’ verwijst naar buidel, een oud woord voor zak. Vroeger builde de molenaar een deel van het meel. Het volkorenmeel werd dan in een grof geweven zak gedaan waarna de zak langdurig werd geschud. Tussen de kleine gaatjes van het weefsel van de zak kwamen alleen de allerfijnste delen uit het meel. De zemelen en het gries bleven achter in de zak.

 

Brabantse worstenbroodjes

Brabants? Ja, een Belgisch worstenbroodje of een saucijzenbroodje is gemaakt met bladerdeeg, maar Brabantse worstenbroodjes zijn gemaakt van een zacht brooddeeg, gevuld met half-om-half gehakt.  Oorspronkelijk bedoeld om vlees langer houdbaar te houden, maar nu is een worstenbroodje natuurlijk gewoon een heerlijke lekkernij.

Ingrediëntenlijst (voor 7* worstenbroodjes):
Voor het deeg

  • 167 g tarwebloem
  • 66 g melk
  • 10 g verse gist of 3.5 g instant gist
  • 42 g boter
  • 8 g basterdsuiker
  • 3 g zout
  • 8 g losgeklopt ei

Voor de gehaktvulling:

  • 250 g half-om-halfgehakt
  • 37 g paneermeel
  • 37 g water
  • 25 g losgeklopt ei
  • 5 g worcestersaus
  • 3,5 g zout
  • 0,5 g nootmuskaat
  • 0,3 g peper

Maak eerst het deeg: meng alle ingrediënten in een kom en kneed minimaal 8 minuten om er een mooie deegbal van te maken. Verdeel het deeg in 7 gelijke stukken. Maak hiervan met opbollen mooie bolletjes deeg en laat ze onder plastic folie 20 minuten rijzen op een warme plaats. Terwijl het deeg rijst kun je de vulling maken: meng alle ingrediënten hiervoor goed door elkaar en maak 7 gelijke worstjes.
Pak nu een bolletje deeg, rol het uit tot een ovaal, leg het worstje er op en sla de zijkanten naar binnen, rol het om en leg het broodje met de naad op de bakplaat (met bakpapier). Laat de worstenbroodjes nu nog één uur rijzen. Verwarm ondertussen de oven voor op 250 °C. Plaats de bakplaat in de oven en verlaag de temperatuur naar 240 °C en bak de broodjes in 8-10 minuten af. Bestrijk de broodjes direct na het bakken met een beetje geklaarde boter.

Je kunt de worstenbroodjes enkele dagen in de koelkast bewaren, of enkele maanden in de vriezer. Na het ontdooien even 10 minuten ‘oppiepen’ in de oven bij 180 °C.

Eet smakelijk!

* het oorspronkelijke recept ging uit van 22 broodjes, maar dat vond ik wat veel voor een eerste keer, daarom alle hoeveelheden door 3 gedeeld, voor 7 broodjes dus.

Hazelnoot-amandelkoekjes

Van het vorige recept had ik 4 eiwitten over – nou wat kun je daarmee maken? Helaas was het splitsen van de eieren niet helemaal goed gegaan, er zat een ietsiepietsie eigeel bij de eiwitten en dan kun je er al geen schuim van stijf kloppen. Alle recepten daarmee vielen dus al af.
Dan maar koekjes, altijd lekker en de koekjestrommel was toch al een tijdje leeg. Van de overbuurman had ik een tijd geleden hazelnoten gekregen, dus: we verbouwen een recept naar hazelnoot-amandelkoekjes:

  • 4 eiwitten
  • 50 gr hazelnoten
  • 150 g amandelmeel
  • 170 g g spelt volkorenmeel
  • 150 g (poeder)suiker
  • borrelglaasje Liquor 43

Verwarm de oven voor op 190 °C. Maal de hazelnoten fijn. Ik had geen poedersuiker, dus ook de gewone suiker gemalen. Meng (in de keukenmachine) de gemalen noten, poedersuiker, amandelmeel en speltmeel. Voeg onder goed mengen de eiwitten toe, en als laatste de Liquor 43. Vul een spuitzak, of zo’n spuitpistool, zoals ik nog wel ‘ns gebruik (40 jaar geleden gekregen als kerstgeschenk bij een zaterdagbaantje…) en spuit rondjes op een vel bakpapier.
Bakken tot ze goudbruin zijn gekleurd, even met de satéprikker kijken of het binnenste gaar is. Bij mijn oven duurde dat ongeveer 25 minuten.

Pastéis de nata

We waren laatst voor een korte citytrip in Lissabon, waar we natuurlijk (vrijwel elke dag!) genoten hebben van een heerlijke pastel de nata, het ‘nationale Portugese gebakje’, superlekker bij een sterke hete geurige espresso ’s ochtends. Deze roomtaartjes kan je overal in Portugal krijgen, maar het officiële recept is geheim en al bijna twee eeuwen in handen van een bakkerij in Belém in Lissabon. Daarom worden deze custardpasteitjes ook wel pastéis de Belém genoemd. Natuurlijk zwerven er vele recepten rond op internet, maar dít recept schijnt het beste het origineel te benaderen. Dat moest ik natuurlijk uitproberen!

Het deeg kun je natuurlijk helemaal zelf maken, maar ook kun je een rol koelvers bladerdeeg hiervoor gebruiken – dat heb ik hier gedaan. De vulling maak je de avond tevoren en laat je een nacht in de koelkast rusten.

De vulling maken gaat als volgt:

Ingrediënten (voor 12 pastéis de nata):

  • ¼ citroen
  • 400 ml melk
  • 1 kaneelstokje
  • 240 gr suiker
  • 40 gr bloem
  • 4 eidooiers

Breng de melk met de schil van de kwart citroen en het kaneelstokje in een steelpannetje aan de kook. Haal de pan van het vuur en laat een half uur afgedekt staan.  Meng de bloem en de suiker. Zeef de melk en breng opnieuw aan de kook. Voeg het suiker/bloem mengsel onder goed roeren toe en laat het nog 1-2 minuten indikken. Laat het nu afkoelen tot 37 °C (daar kon ik mooi mijn bluetooth BBQ thermometer voor gebruiken) en klop dan de eidooiers door het mengsel. Laat het eerst even buiten de koelkast afkoelen, zet dan de custard met folie afgedekt overnacht in de koelkast.

Voor het bakken heb je vormpjes nodig. Je kunt cupcake vormen gebruiken, maar het nadeel daarvan is dat die vormen met een anti-aanbaklaag maar tot 215 °C verhit mogen worden. De typische pastel de nata herken je aan de karakteristieke kleur, die ontstaat door de pasteitjes kort en heet te bakken, het liefst zo’n 280 °C! Daarom gebruik ik speciale vormpjes – die ook net een andere vorm hebben: het typisch taps toelopend bakje van deze Portugese lekkernij. Deze bakjes geleiden de warmte ook beter, en daarom is de baktijd ook maar kort, bij 275 °C (het maximum van mijn oven) zo ongeveer 11-16 minuten.

Pastéis de nata bakken:
Verwarm de oven voor op zijn heetste (hetelucht)stand. Maak het bladerdeeg licht vochtig en rol het (vanuit de korte zijde) op. Snij de deegrol in 12 gelijke plakjes en leg in elk vormpje een plakje deeg plat op de bodem en druk dit met een natte duim uit, net zo lang tot het hele vormpje bedekt is met een laagje deeg. Vul de vormpjes tot ½ centimeter onder de rand met de custard. Bak de pastéis de nata 16 minuten bij 275 °C (let op, dat kan dus bij elke oven wat anders zijn, dus let goed op de kleur).

En het resultaat? Lekker! Nog niet helemaal zoals in Lissabon natuurlijk, maar voor een eerste keer echt niet gek. Het is nog even zoeken naar de juiste verhouding deeg/vulling, de 2de sessie (ik heb maar 6 vormpjes, dus in 2 keer gebakken) heb ik wat minder vulling gebruikt, dan wordt ‘ie iets gaarder – te lang bakken kan ook weer niet, de top moet bij deze hoge temperatuur nét goed caramelliseren maar natuurlijk niet verbranden… 😋

Thaise hartige taart

Geen idee of ze in Thailand hartige taarten kennen, maar soms heb je wat restjes in de koelkast liggen die op moeten, nou dan verzinnen we er zelf een receptje bij.
We hadden zin in een hartige taart (ja, de herfst is weer begonnen, het giet buiten) en er lag nog een Thais wokgroentepakket en feta in de koelkast. Verder nodig: twee eieren, 100 ml room (ik gebruikte koffiemelk), een rol  quiche/bladerdeeg, wat paneermeel, en er lag nog wat uitgebakken spek en stukjes Italiaanse worst wat ook op moest.

Verwarm de oven alvast voor op 175°C. Wok de Thaise groenten kort in een beetje olie. Vet de springvorm in (ik leg een vel bakpapier op de bodem, en vet de rand in met bakspray), spreid de rol bladerdeeg uit op de bodem en vouw de rand. Prik met een vork gaatjes in de bodem en bestrooi met met paneermeel. Verdeel de wokgroenten over de bodem, samen met de stukjes uitgebakken spek en worst, en verkruimel de feta over het oppervlak. Klop de eieren los met de room en verdeel dit over de taart.
Bak de hartige taart ca. 40-45 min. Bij 175°C in de oven. Smakelijk eten!

« Oudere berichten

© 2024 vincentkookt.nl

Thema gemaakt door Anders NorenBoven ↑